Cabotegravir en zwangerschap: beschouwingen over de moeder en pasgeborene
Tijdens het IAS 2025 is een studie gepresenteerd over de evolutie van de zwangerschappen en de pasgeborenen die werden blootgesteld aan cabotegravir in het kader van PrEP of een antiretrovirale behandeling. De auteurs zijn daarvoor uitgegaan van de gegevens van het internationale prospectieve register voor surveillance van de teratogene effecten van antiretrovirale middelen.

De vorsers hebben de prognose gevolgd van 42 zwangerschappen waarin de moeders werden behandeld met cabotegravir. In 76% van de gevallen was cabotegravir de antiretrovirale behandeling van de moeder in spe en in 23,8% van de zwangerschappen werd cabotegravir toegediend in het kader van PrEP. Meestal werd de behandeling met cabotegravir gestart ruim voor de bevruchting; slechts drie vrouwen zijn cabotegravir gestart tijdens de zwangerschap.
Wat de evolutie van de zwangerschap betreft: 81,4% van de 43 kinderen die uit de zwangerschappen zijn geboren, is levend geboren. Slechts één kind is doodgeboren. In 7% van de gevallen is een spontane miskraam opgetreden en in 9% van de gevallen werd de zwangerschap onderbroken.
Voorzichtigheid geboden
Wat de prognose van de pasgeborenen betreft, werd slechts bij één kind een aangeboren misvorming vastgesteld. Dat strookt met een verwachte prevalentie van drie tot vier misvormingen per honderd geboortes. 15% van de kinderen werd te vroeg geboren (< 37 weken zwangerschap) en 18% had een laag geboortegewicht. Dat is belangrijke informatie over behandeling met cabotegravir tijdens de zwangerschap.
Al bij al zijn de gegevens geruststellend, maar gezien het kleine aantal zwangerschappen is voorzichtigheid geboden en mogen we de gegevens niet op grote schaal doortrekken.
Ref.: Vannapagari V. et al. Abstract 3848, IAS 2025, Kigali.