UZ Leuven
Steeds meer niertransplantaties met levende donoren
In 2024 hebben artsen in UZ Leuven 21 niertransplantaties uitgevoerd met een nier van een levende donor - een opvallende stijging ten opzichte van voorgaande jaren. Het gaat om meer dan 25 procent van alle niertransplantaties met een levende donor in België, in totaal 82. Dankzij minder ingrijpende operatietechnieken voor de donor en nieuwe bloedfiltermethodes voor de ontvanger worden levende nierdonaties steeds haalbaarder en veiliger.
België behoort tot de wereldtop op het vlak van orgaandonatie na overlijden, toch blijven transplantaties met een levende donor eerder uitzonderlijk. Slechts 10 procent van de niertransplantaties in ons land gebeurt met een nier van een levende donor, in Nederland loopt dit op tot de helft. Jaarlijks worden in België zo'n 80 niertransplantaties uitgevoerd met een levende donor, tegenover meer dan 400 met een nier van een overleden donor.
Nochtans tonen wetenschappelijke studies aan dat de kans op een succesvolle niertransplantatie aanzienlijk groter is als de nier van een levende donor komt. Omdat de donor vooraf uitgebreid wordt gescreend, is de kwaliteit van de nier meestal beter dan die van een overleden donor. De transplantatie kan bovendien op een gepland moment plaatsvinden, vaak zelfs nog vóór de patiënt start met nierdialyse, wat de overlevingskansen en levenskwaliteit sterk ten goede komt.
Afstotingsrisico kleiner
Doordat de nier onmiddellijk na de uitname in het lichaam van de ontvanger wordt geplaatst, is het risico op afstoting kleiner dan bij een nier van een overledene, waarbij het orgaan eerst gekoeld en getransporteerd moet worden.
"De levende nierdonor moet natuurlijk zelf in goede gezondheid verkeren", zegt prof. dr. Maarten Naesens, transplantatie-nefroloog.
"Daarom worden mensen die zich kandidaat stellen grondig gescreend door een onafhankelijk, multidisciplinair team. Als medisch team nemen we bovendien geen enkel risico: we willen een gezond persoon zeker geen medische problemen bezorgen. Iedereen die in UZ Leuven een nier afstaat voor transplantatie, wordt levenslang medisch opgevolgd door transplantatiechirurgen en nefrologen."
Geen traditie
Dankzij nieuwe chirurgische technieken, zoals kijkoperaties via kleine insnijdingen, herstellen donoren doorgaans snel en kunnen ze vaak al na drie dagen het ziekenhuis verlaten. Bovendien is een exacte genetische match of overeenkomst van de bloedgroep minder cruciaal, want antistoffen kunnen voor de ingreep worden weggefilterd. UZ Leuven ging vanaf 2024 met die nieuwe chirurgische technieken en bloedfiltering aan de slag.
Het lage aandeel niertransplantaties met een levende donor in ons land komt deels door het succes van de Belgische wet op orgaandonatie na overlijden, die stelt dat iedereen potentiële donor is, tenzij men expliciet verzet aantekent. Ons land heeft wellicht daarom, in tegenstelling tot Nederland, geen traditie in levende nierdonatie. Maar gezien de onmiskenbare voordelen voor de patiënt wil UZ Leuven hier sterker op inzetten. De voorbije jaren is alvast een duidelijke stijging merkbaar: in 2024 voerden artsen in UZ Leuven voor het eerst meer dan 20 levende niertransplantaties uit. Voor 2025 verwacht het ziekenhuis nog een verdere stijging.
"We zien een duidelijke toename in het aantal kandidaat-donoren die bereid zijn een nier af te staan", legt prof. dr. Diethard Monbaliu, transplantatiechirurg, uit. "Er is een groeiend bewustzijn. Mensen beseffen dat ze iets kunnen betekenen voor een partner, kind of vriend. Een nier afstaan doe je uit liefde of vriendschap. Omdat je kunt leven met één nier, is de nier het enige orgaan dat we in zijn geheel kunnen transplanteren met levende donoren."