Bijna 10.000 langdurig zieken stapten in 2024 via VDAB in traject naar werk
Vorig jaar stapten bijna 10.000 langdurig zieken via VDAB in een traject naar werk. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams parlementslid Robrecht Bothuyne (CD&V) heeft opgevraagd. In de eerste zes maanden van dit jaar meldden zich al 6.300 RIZIV-uitkeringsgerechtigden aan voor een traject richting werk. Dat zijn er meer dan in heel 2023. Minpuntje is dat amper een derde van de langdurig zieken die in een VDAB-traject stappen na twee jaar ook opnieuw aan het werk is.
In totaal stroomden vorig jaar 9.617 langdurig zieken door naar de VDAB voor begeleiding naar werk, blijkt uit de cijfers die parlementslid Bothuyne heeft opgevraagd. De spreiding verschilt sterk per regio: vanuit Antwerpen en Vlaams-Brabant zijn de aantallen lager dan verwacht op basis van hun bevolkingsaantal, terwijl West-Vlamingen en Limburgers sterker vertegenwoordigd zijn.
"Steeds meer langdurig zieken vinden de weg naar VDAB-dienstverlening. Dat is een goede zaak", zegt Bothuyne. "Toch zijn we nog ver van de uiteindelijke doelstelling in het regeerakkoord: 20.000 terug-naar-werktrajecten per jaar. Bovendien geraakt twee derde van deze mensen toch niet aan het werk. Dat moet dus beter."
Uit de cijfers komt naar voren dat 36 procent van de langdurig zieken die in een VDAB-traject stapten, 24 maanden later opnieuw aan het werk is. Drie jaar geleden was dat nog maar 30 procent. "Dat is een positieve evolutie, maar geen succes. We spreken hier over mensen van wie ziekenfondsen en artsen duidelijk aangeven dat een job terug een realistische optie is. Als dan bijna twee derde alsnog niet aan de slag geraakt, na twee jaar intense begeleiding, is er duidelijk ruimte voor verbetering", zegt Bothuyne.
"Van wie ooit een traject begonnen is zijn er momenteel 17.969 mensen met een RIZIV-uitkering nog ingeschreven bij VDAB", blijkt ook. Bothuyne benadrukt dat er sneller resultaten geboekt moeten worden. "Mensen mogen niet onnodig lang in trajecten vastzitten", aldus nog Bothuyne, die zegt dat Vlaanderen daarin een sleutelrol heeft.
