Sciensano
Antibioticagebruik daalt, maar niet genoeg
De afgelopen tien jaar daalde het antibioticagebruik met 14%. Dat blijkt uit een vandaag gepubliceerd rapport van wetenschappelijk instituut Sciensano. De daling is bemoedigend, maar onvoldoende om de nationale en Europese doelstellingen te bereiken.
Filip Ceulemans
De Europese Unie heeft vastgelegd dat alle lidstaten tegen 2030 het aantal gedefinieerde dagdosissen antibiotica per 1.000 inwoners per dag (DID) moeten terugbrengen tot 17,5. Aan het huidige tempo van de daling – 14% vermindering tussen 2014 en 2023 – haalt België dat streefdoel niet. In 2023 bedroeg het DID in ons land 20,6, ofwel 17,7% hoger dan het Europese streefdoel.
Volgens Sciensano zit er niets anders op dan doelgerichte maatregelen nemen in de ziekenhuizen en de ambulante sector om het gebruik verder te verminderen en verantwoord voorschrijfgedrag te bevorderen, vooral voor breedspectrumantibiotica.
Complexe behandelingen
Het rapport van het wetenschappelijk instituut toont aan dat de algemene daling deels wordt geneutraliseerd door een stijging van het aantal DDD in de ziekenhuizen. In tien jaar steeg het van 466 DDD per 1.000 patiëntdagen naar 537 DDD. “Deze stijging weerspiegelt onder meer een concentratie van intensieve behandelingen tijdens kortere ziekenhuisopnames”, stelt Sciensano vast. Ziekenhuispatiënten hebben vaak complexe behandelingen nodig, met antibiotica die uitsluitend in een ziekenhuis beschikbaar zijn en als laatste redmiddel worden gebruikt. Maar, waarschuwt Sciensano, het gebruik van deze middelen vereist bijzondere waakzaamheid.
Er zijn aanzienlijke verschillen tussen ziekenhuizen, afhankelijk van de complexiteit van de behandelde gevallen en het type zorg dat wordt verleend. Tertiaire ziekenhuizen, waar de meest kwetsbare patiënten en de meest complexe infecties worden behandeld, gebruiken de meeste antibiotica. In deze centra werd wel een daling met 13,7% vastgesteld. “Het toont aan dat verbetering, zelfs in een moeilijke klinische context, mogelijk is.”
Ambulante zorg
Primaire en secundaire ziekenhuizen zagen het antibioticagebruik met respectievelijk 13,6% en 8,4% toenemen. “Een harmonisatie van praktijken tussen ziekenhuizen zou kunnen bijdragen tot een rationeler antibioticagebruik”, concludeert Sciensano.
In de ambulante zorg daalde het antibioticagebruik met 14%. Vooral in het coronajaar 2020 werd een scherpe daling vastgesteld, waarna er opnieuw een geleidelijke stijging kwam die stabiliseerde in 2023. Vrouwen gebruiken meer antibiotica dan mannen (+38%) en 65-plussers die in een woonzorgcentrum verblijven, gebruiken bijna dubbel zoveel antibiotica dan hun leeftijdsgenoten die niet in een wzc verblijven. Ongeveer 80% van de ambulante antibiotica wordt voorgeschreven door huisartsen en tandartsen.
Twee groepen
Twee groepen antibiotica staan centraal in de Belgische doelstelling om het gebruik in de ambulante zorg te verminderen: fluoroquinolonen en amoxicilline. Het gebruik van fluoroquinolonen, een groep breedspectrumantibiotica voorbehouden voor ernstige bacteriële infecties, moet dalen tot 5% van het totale verbruik. Tussen 2014 en 2023 daalde het al van 11,4% tot 6,5% van het totale verbruik.
Het gebruik van amoxicilline alleen, een smalspectrummiddel aanbevolen om resistentie beperken en vaak gebruikt bij infecties van luchtwegen en urinewegen, is licht gestegen ten opzichte van de combinatie met een resistentie-inhibitor (amoxicilline en clavulaanzuur). Het is goed voor ongeveer de helft van de behandelingen op basis van amoxicilline, terwijl het nationale streefdoel op acht op tien ligt.