"AI zal ons nog verbazen"
(Boek) AI in de gezondheidszorg: boodschap van een believer
Zelfverklaard ‘healthnerd’ en Artsenkrant-columnist Tom Braekeleirs is een van de bekendste Belgische stemmen over innovatie in de gezondheidszorg. In zijn nieuwe boek houdt hij een vurig pleidooi voor aanvaardbare AI in de gezondheidszorg.
Tom Braekeleirs is duidelijk een believer: iemand die gelooft dat artificiële intelligentie een hefboom kan zijn om de zorg toekomstbestendig te maken. Maar tegelijk voelt hij goed aan dat de sector soms vastzit in een conservatieve reflex.
Artsen, bestuurders en beleidsmakers bekijken AI soms als een waardeloos speeltje van techneuten, soms als een existentiële bedreiging voor de menselijkheid, soms als iets waar “we nog niet klaar voor zijn”. Braekeleirs wil dat wantrouwen doorbreken, en dat is misschien wel de meest verdienstelijke ambitie van zijn boek.
De derde persoon aan tafel
Braekeleirs schetst de realiteit zonder omwegen: de zorg moet met minder mensen voor meer patiënten zorgen, en dat in tijden van budgetaire krapte. Technologie kan dan helpen om het systeem overeind te blijven.
Vanuit die vaststelling leidt hij de lezer door een beknopte maar degelijk opgebouwde geschiedenis van AI – van expertsystemen en machine learning tot de huidige generatie grote taalmodellen (LLM’s) als ChatGPT, Claude en Mistral die de indruk wekken dat je er een conversatie mee kan voeren.
Zijn omschrijving van deze LLM’s als “de derde persoon aan tafel”, naast arts en patiënt is treffend, al voelt ze ook wat onbehaaglijk. Alsof we ons zonder veel discussie moeten neerleggen bij een gesprekspartner zonder echte empathie, die wel efficiëntie en inzicht biedt, maar geen troost of nabijheid.
Sterk is de manier waarop Braekeleirs AI beoordeelt op zeven dimensies – wenselijkheid, haalbaarheid, levensvatbaarheid, ethiek, legaliteit, causaliteit en verklaarbaarheid.
Die structuur maakt nuance mogelijk. Hij bespreekt de zegeningen, maar ook de valkuilen: datasets met inherente bias, onrechtvaardige toegang, het risico dat algoritmen systematische ongelijkheid versterken. Hier toont hij zich geen technologiepredikant, maar iemand die beseft dat vertrouwen in AI moet worden verdiend.
Juridische barrières
Het hoofdstuk over de juridische barrières leest als een frustratie die veel dataprofessionals zullen herkennen, gewrongen als ze zitten tussen GDPR, AI Act, MDR en EHDS. Braekeleirs stelt de vraag of we ons met het principe van gegevensdeling via individuele toestemming niet klem rijden in de wereld van datahongerige AI.
Ik denk dat het daarmee wel meevalt: volgens een enquête van OZ hebben de Belgen veel vertrouwen in de manier waarop zorgverleners, ziekenfondsen en wetenschappers met hun gezondheidsdata omgaan. Het vertrouwen in bedrijven daarentegen is veel lager. Opnieuw: vertrouwen is geen grondrecht, maar moet je verdienen.
De kritiek van Braekeleirs dat het huidige kluwen aan regels innovatie belemmert, treft raak. Met de Digital Omnibus lijkt de EU daaraan tegemoet te willen komen.
En toch blijft Braekeleirs optimistisch. Hij eindigt met de overtuiging dat AI ons nog zal verbazen. Zijn geloof is aanstekelijk, ook al verdient het een gezonde dosis scepsis. Want het probleem is zelden de technologie, maar de manier waarop wij allen – artsen, beleidsmakers, patiënten – ermee werken.
Tom Braekeleirs, Aanvaardbare AI. De 7 dimensies van een AI-evolutie op mensenmaat. Pelckmans, 2025.